vrijdag 23 september 2016

miljoenennota, 2017 e.d.

Na Prinsjesdag even wat punten op een rijtje:

1) De maximale hypotheeklening die je mag afsluiten voor een woning daalt van 102% naar 101% van de waarde van de woning. Dat betekent uiteraard dat je een groter deel van de bijkomende kosten uit eigen middelen moet financieren. Denk aan overdrachtsbelasting en financieringskosten. Het percentage daalt verder tot 100 % in 2018.

2) Het inkomen van de partner mag vanaf 2017 voor 60 % meetellen bij de hypotheekaanvraag. In 2016 is dat nog 50%.

3) De hypotheekrenteaftrek gaat per 1 januari 2017 weer 0,5% omlaag. In 2017 is het maximale tarief waartegen de rente aftrekbaar 50 %.
Dit raakt alleen huiseigenaren die in de hoogste belastingschijf zitten. In 2017 zijn dat huiseigenaren met een bruto jaarinkomen boven de € 67.072.

4) De NHG-grens wordt vanaf januari 2017 weer jaarlijks op 1 januari gekoppeld aan de gemiddelde huizenprijs. Voor 2009 was dat ook het geval. Om de woningmarkt een impuls te geven werd de kostengrens in 2009 als crisismaatregel tijdelijk verhoogd tot € 350.000. Daarna is de grens sinds 2012 stapsgewijs afgebouwd naar € 245.000 in 2016.

5) De starterslening blijft in aangepaste vorm bestaan. Sinds 1 januari 2013 moeten nieuwe hypotheken verplicht worden afgelost om recht op hypotheekrenteaftrek te behouden. Voor de starterslening gold sindsdien een uitzondering. Die uitzondering stopt op 31 december 2016. Om onder de nieuwe regels door te kunnen gaan is de ‘combinatielening’ bedacht, die de starter aangaat naast de starterslening. Uit die lening wordt de verplichte aflossing van de Starterslening betaald.
Je kunt alleen gebruik maken van de starterslening als uw gemeente deze aanbiedt.

6) Per 1 januari 2017 gaat de eenmalige schenkingsvrijstelling omhoog van € 53.016 naar € 100.000. De ontvanger moet het bedrag besteden aan de eigen woning of aan de aflossing van hypotheek- of restschuld.

7) In 2016 kunt u als eigenaar van een rijksmonument 80% van de onderhoudskosten als aftrekpost opvoeren bij uw belastingaangifte. Deze aftrekpost komt in 2017 te vervallen. Voor eigenaren van rijksmonumenten die al in 2016 afspraken over onderhoud hebben gemaakt, komt er in 2017 en 2018 een overgangsregeling in de vorm van een subsidie. In oktober 2016 wordt hierover meer bekend.

8) In 2017 betaalt een gemiddeld gezin via de energierekening ruim € 60 aan opslag voor duurzame energie. Naar verwachting zal dit bedrag verder stijgen tot € 227 in 2023. In 2016 bedraagt de opslag ongeveer € 40.

9) Als u een nul-op-de-meter woning koopt, mag u in 2017 een bedrag van € 25.000 optellen bij de maximale hypotheek die u op basis van uw inkomen kunt krijgen. Dat is € 2000 minder dan in 2016.

10) De vrijstelling op de vermogensrendementsheffing gaat in 2017 omhoog van € 24.437 naar € 25.000 per persoon. Over het vermogen boven deze grens moet u belasting betalen.

Tot en met 2016 gaat de Belastingdienst uit van een rendement van 4% op het vermogen. Vanaf 1 januari 2017 wordt het rendementspercentage afhankelijk van de hoogte van het vermogen. Bij een hoger vermogen komt u in een andere schijf terecht en gaat de Belastingdienst uit van een hoger rendement. Het belastingtarief blijft met 30% hetzelfde. Op termijn streeft het kabinet naar een heffing op het werkelijke rendement. De wijzigingen in 2017 zijn een eerste stap in die richting.

11) De WOZ-waarden voor woningen moeten per 1 oktober 2016 openbaar zijn. De meeste gemeenten halen dat niet. Op de website van de Waarderingskamer kunt u zien in welke gemeenten de WOZ-waarden al wel openbaar zijn.
Via het online WOZ-waardenloket, dat per 1 oktober live gaat, kunt u dan kosteloos toetsen of de WOZ-waarde die u begin 2017 ontvangt juist is.
Is uw gemeente nog niet aangesloten, dan betekent dat niet dat gemeente ontheven is van haar verplichting om inzicht te geven. U kunt dan bij (de website van) uw gemeente informatie krijgen over het inzien van WOZ-waarden van woningen.

12) Per 1 januari 2017 gaat de Wet verbetering functioneren vereniging van eigenaars in. VvE’s zijn al sinds 2008 verplicht om een reservefonds te hebben, maar de wet schreef niet voor hoeveel een VvE in kas moet hebben. Dat verandert nu. VvE’s moeten minimaal een bedrag reserveren gebaseerd op een actueel meerjarenplan voor onderhoud, of ter grootte van 0,5 procent van de herbouwwaarde van het appartementengebouw.

bron: https://www.eigenhuis.nl/

Geen opmerkingen:

Een reactie posten