Ventilatiekwartier

Hier deel 2 en misschien is de naam "ventilatiekwartier" beter gekozen. Ik heb geen idee of dit lezenswaardig is, helemaal als je niet in het onderwijs werkt. Het is nooit echt mijn eerste prioriteit geweest om iets te schrijven voor iemand anders alhoewel ik het echt wel leuk vind als mijn content gewaardeerd wordt en als er feedback op komt. Dus in dat licht verandert er eigenlijk niet zo veel.

Mijn "helikopterview" (om maar eens een jeukterm te gebruiken) over onderwijs is dat alles wat ik doe op en voor het werk één van de volgende drijfveren heeft:

• verbetering van het onderwijs / de resultaten
• verlaging van werkdruk
• (overlappend met beide): verhoging werkplezier

Als collega's of meerderen andere drijfveren hebben die hiermee strijdig zijn dan is er een probleem. "Dat doen we al heel lang zo." zegt NIETS of wat je doet nuttig/handig of op wat voor manier dan ook positief is.

"Deze toets nemen we al een paar jaar af." is een opmerking die NIETS zegt over de kwaliteit van de toets. Ik ben altijd meer geïnteresseerd in het WAAROM dan het WAT. Opmerkingen zoals deze doen niets met me.

Verder ben ik iemand met veel ideeën (HSP: hallo!) en wil graag overeenstemming bereiken. Eén van mijn allergieën is (onnodige) hiërarchie. 

Casus havo-3

Even één specifieke casus waar veel, zo niet alles, samenkomt.

Eerst mijn visie op goed bèta onderwijs wat ik deels al eerder onderbouwde. 

brugklas (bèta breed): de leerlingen krijgen ze wiskunde en biologie. Systematische probleem aanpak, rekenvaardigheden en waarnemen worden geïntroduceerd. Soms krijgen ze al een beetje natuurkunde, Nask of Mens & Natuur. De aanwezige verwondering van de wereld om hun heen wordt verder aangewakkerd.

klas 2 (natuurkunde/nask): natuurkunde (of nask) wordt toegevoegd en de vraag wat natuurwetenschappen zijn (bi-na-sk) is een relevante opening van het schooljaar. Het hoofddoel hoort te zijn om leerlingen te enthousiasmeren. VEEL PRACTICA: elke week! Laagdrempelige onderwerpen zoals beweging en licht laten leerlingen de wereld beter waarnemen op een manier zoals ze dat waarschijnlijk nog niet deden. Ook iets abstractere onderwerpen maar zeer actueel zoals elektriciteit en warmte prikkelen de nieuwsgierigheid. Voor o.a. rekenwerk (metriek stelsel, rekenen met dichtheid) is tijd en ruimte voor kleine overhoringen / S.O.'s. Leerlingen met voldoende inzet garandeer ik een eindcijfer van minimaal 5,5. Dat is een keiharde garantie.

klas 3 (scheikunde): scheikunde wordt als laatste natuurwetenschap toegevoegd. Aangezien dit de meest abstracte van de 3 is is dat ook verstandig om dat de hersenen er nu pas klaar voor zijn, hopelijk. Ook hier is enthousiasmeren nog steeds één van de belangrijkste drijfveren. Veel practica en de toetsen zijn zo ingericht dat naast enthousiasmeren ook determinatie plaatsvinden kan. Niet iedereen gaat scheikunde (en natuurkunde) kiezen in de bovenbouw. Voor leerwerkjes (de elementen, reactievergelijkingen kloppend maken) is tijd en ruimte voor kleine overhoringen / S.O.'s. Leerlingen met voldoende inzet en geen inzicht (die het vak niet gaan kiezen) garandeer ik een eindcijfer van minimaal 4,5. 

klas 4 (scheikunde): De inhoud wordt abstracter, ondersteund met practica die een wat zelfstandiger karakter krijgen. Practica kunnen beoordeeld worden met een cijfer maar dat gaat op een opbouwende/formatieve wijze. In elk geval niet zoals een proefwerk: puntje voor puntje. De toetsen worden langer maar bestaan overwegend uit behapbare hoeveelheden lesstof.

klas 5 (scheikunde): Het examenjaar waar de toetsen grote delen examenstof bevatten. Ergens wordt een practicumtoets afgenomen die (enigszins) als een theoretische toets wordt beoordeeld. Later in het jaar kan er iets van examentraining plaatsvinden. Bij voldoende extra tijd kan deelgenomen worden aan de landelijke Olympiade.

Oké, nu specifiek de casus havo-3:

• het ontbreken van voorkennis door geen vaardigheden opgedaan in klas 2 wordt genegeerd
• het ontbreken van een jaar enthousiasmeren in klas 2 wordt genegeerd
• er worden te weinig practica gegeven
• er mogen geen S.O.'s gegeven worden (behalve in kwartiel 1)
• hun allereerste practicum wordt beoordeeld met een cijfer (en dan zelfs nog: nagekeken als een proefwerk: puntje voor puntje)
• vrijwel alles wordt gericht op het centraal eindexamen
• klas 3 wordt beschouwd als pre-pre-examenklas, i.p.v. onderbouwklas waarin ALLE leerlingen les dienen te krijgen en niet alleen degene die scheikunde gaan kiezen.
• de LEERLAAGCOÖRDINATOR (ik verzin dit niet) maakt de toets en andere collega's mogen feedback geven.
• de leerlaagcoördinator neemt naar eigen inzicht (n)iets over van de feedback
• de leerlaagcoördinator koppelt hier niet perse over terug en laat de toets afdrukken
• de leerlaagcoördinator BEPAALT (is dus effectief korporaal)

Het jarenlange top-down beleid van de school heeft erin geresulteerd dat collega's die zich daar bij neer kunnen leggen of er actief aan mee kunnen doen zijn behouden. Degenen die zich hier niet bij neer wilden of konden leggen zijn vertrokken. Mijn naam zal spoedig op die lijst komen te staan.

Nou, ik heb het weer mooi op een rijtje staan. Mocht er op het werk ooit belangstelling voor bestaan dan heb ik het hier zwart op wit. Of voor in mijn ontslagbrief waarvan in verwacht dat ik die in 2023 wel ga schrijven. :-)

Eén ding vind ik wel grappig: ik ben LEERLAAGCOÖRDINATOR van 5-vwo. Ik heb mijn toets gedeeld en feedback ontvangen. Die ga ik lezen en kijken of ik er iets van mee ga nemen. Als dit de manier is zoals men het wil dan zal het zo gaan. 

Dit schooljaar tenminste, en geen week langer.